Aardappelpizza

Bereidingswijze

- Meng in een kommetje het gist met de suiker en voeg 125 ml lauwwarm water toe. Zeef boven een ruime kom de bloem met een theelepel zout.

- Maak een kuiltje in de bloem en schenk het gistmengsel en 1 el olijfolie erin. Meng de bloem van binnen naar buiten met het vocht en kneed in ongeveer 10 minuten tot een veerkrachtig deeg dat niet plakt. Gebruik eventueel een keukenmachine met deeghaken.

- Vet een kom licht in met olijfolie, leg het deeg erin en bestrooi met bloem. Dek de kom af met een schone theedoek en laat het deeg anderhalf uur op een warme, tochtvrije plek rijzen tot het is verdubbeld in volume.

- Verwarm de oven voor op 250°C. Was de aardappelen en kook ze in de schil in water met zout in 15 minuten net gaar.

- Laat de aardappelen afkoelen, verwijder losgelaten schillen. Snijd in dunne plakjes. Ris de naaldjes van de rozemarijn en hak fijn. Snijd de sjalot in dunne ringen en de knoflook in plakjes.

- Kneed het deeg op een met bloem bestrooid werkblad kort door en verdeel het deeg in 4 gelijke stukken. Rol de pizzabodems met de deegroller dun uit en leg elke bodem op een bakplaat met bakpapier.

- Verdeel de crème fraîche over de pizzabodems en bestrooi met zout en versgemalen peper. Verdeel de plakjes aardappel erover, de sjalot en knoflook. Bestrooi met rozemarijn.

- Verkruimel de blauwe kaas over de pizza's en breng op smaak met versgemalen peper. Besprenkel de pizza's met een beetje olijfolie en bak ze in het midden van de oven in ongeveer 12 minuten tot de bodem goudbruin en knapperig is. Serveer met rucola.